6.08 Polariteit

In dit betoog gaan we op basis van neuropsychologische inzichten terug naar de metafoor van de vonk of kortsluiting. Vanuit de metafoor en de daarbij behorende elementen, zoals actiepotentiaal, polariteit en nabijheidsrelatie, het volgende model bouwen van het tot stand komen van nieuwe gedachten of ideeën:

  1. Er is sprake van een probleem dat dermate groot is dat een actiepotentieel ontstaat tussen neurale netwerken die bepaalde belangen vertegenwoordigen; 
  2. Als dit potentieel een bepaalde drempelwaarde overschrijdt, die per persoon, onderwerp, levensfase kan variëren, ontstaat een vonkenregen in de vorm van een willekeurige outburst van synaptische groei. Er is op voorhand geen sprake van een bepaalde sprongrichting, er is wel polariteit, maar niet van een gedwongen groeirichting. Netwerk A kan naar B toegroeien, maar ook visa versa. 
  3. Het activeren van netwerken verloopt in de tijd van non-specifiek naar specifiek, van grof naar fijn.   
  4. Achteraf wordt vastgesteld of iets een zinvolle verbinding was of niet en vindt pruning plaats waardoor (blijvende) interferentie wordt voorkomen. 
  5. Aantrekkingskracht is geen gravitatie! Er is sprake van beinvloeding door Higgsdeeltjes. Net zoals de ruimte niet leeg is, maar een spanningsveld, is ons brein als achtergrond ‘geladen’ met oneindig veel polariteiten i.c. belangen/cognities en hun onderlinge (gespannen) relaties.
  6. Deze organische werkwijze verklaart het ontstaan van een bruikbaar en beschikbaar denkspoor, een nieuwe gedachte. Het verklaart ook een aantal interessant bijproducten, zoals het geloven in het succes van eigen beleid t.g.v. de attributiefout. De attributiefout is een psychologisch mechanisme dat ertoe dient om positief door het leven te kunnen gaan. Het mechanisme zorgt er voor dat men succes aan zichzelf toeschrijft en falen aan 'toeval'. 

Kortom, in de (a)selectie, het uitstellen of tegenhouden van adaptie ligt de verklaring van creatieve gedachten, fouten en waanzin. Begrippen die overigens nauw met elkaar samenhangen en ook prima vanuit evolutionair perspectief als ‘mutaties’  kunnen worden begrepen. Wellicht is het verstandig om naast de heuristiek of vindkunde ook de negatieve variant, wrongology (de kunst van het fouten maken), of misschien beter de inverse vondst te positioneren.

Verder met 9. Inverse vondst