5.2.1 Goederen-Diensten

In de klassieke economie staat de productie van goederen centraal en is het leveren van diensten een daarvan afgeleide bijzaak.

Hoe doe ik dat?

  1. U ziet de productie van materiele goederen en de daarbij behorende transacties als de basis
  2. U beschouwt producten als tastbare dingen (tangible) 
  3. U ziet in het verlengde van de productie van goederen dat ook diensten (services) erbij horen, zoals logistiek, garantiestelling op de kwaliteit van goederen (after sales), marketing en reclame, personeelsbeleid etc. 
  4. U legt het primaat bij het materiele product en ziet de diensten als hieraan ondergeschikt en ervan afgeleid 
  5. U baseert zich op een economie die uitgaat van schaarste. Waardevolle materiele zaken zijn zeldzaam en begerenswaardig
  6. U baseert zich op de vrije markt van vraag en aanbod
  7. U ziet de mens als homo economicus, die vanuit welbegrepen eigenbelang streeft naar vergroting van efficiency en winstmaximalisatie
  8. U gaat er van uit dat de homo economicus primair een individu is en de maatschappij atomistisch is opgebouwd; er is steeds sprake van een verzameling individuen
  9. U drukt de waarde van economische producten en diensten uit in geld en meet de status van een persoon af aan hetgeen iemand verdient en aan vermogen opbouwt
  10. U ziet de mate van financiele onafhankelijkheid als graadmeter voor emancipatie. 

Meer weten? Zie Economie